ADVIES

Voordelen alle aard personenwagens

3/01/2013

De wijziging van de berekening van het voordeel van alle aard voor personenwagens zorgde het afgelopen jaar voor heel wat verwarring. De fiscus heeft de voorbije maanden nogal wat pogingen ondernomen, via de zogenaamde FAQ’s, om hierin verduidelijking te brengen. Wij willen hierbij dan ook de voornaamste aspecten kort toelichten.
Tot en met 2011 werd het  voordeel alle aard inzake het privé-gebruik van een bedrijfswagen berekend in functie van de Co2-uitstoot en de afstand tussen de woonplaats en de plaats van tewerkstelling, zijnde 5.000 km of 7.500 km. Vanaf 2012 wordt het voordeel berekend in functie van de Co2-uitstoot en de catalogusprijs van de wagen. Dus een hogere belasting voor duurdere en vervuilende wagens.

Berekening vanaf 2012

Vanaf 1 januari 2012 moet men de cataloguswaarde vermenigvuldigen met een Co2-percentage. Dit bedrag mag men dan nog eens beperken tot 6/7.

De cataloguswaarde is de catalogusprijs van het voertuig in nieuwe staat bij verkoop aan een particulier inclusief opties en werkelijk betaalde BTW, zonder rekening te houden met enige korting, vermindering, rabat of restorno. Dus ook bij tweedehandsvoertuigen wordt de berekening gemaakt op basis van de nieuwwaarde. Als correctie op de nieuwwaarde mag men ieder jaar de nieuwwaarde verminderen met 6% per levensjaar van het voertuig, met een maximum van 30%. De basis-Co2 coëfficient bedraagt 5,5% voor een Co2-uitstoot van 95g/km voor dieselvoertuigen en 115 g/km voor benzinevoertuigen. Wanneer de uitstoot hoger ligt, zal de coëfficiënt verhogen met 0,1% per Co2-gram, met een maximum percentage van 18%. Ligt de uitstoot lager dan wordt de coëfficiënt verminderd met 0,1% per Co2-gram met een minimum percentage van 4%. De berekening zal ook beperkt worden tot 6/7. Het belastbaar voordeel kan nooit minder dan 1.200 € per jaar bedragen.

Tot en met 2011

Vanaf 2012

Formule :

– 5.000 km of 7.500 km x   Co2-uitstoot

 

Co2-coëfficiënt :
– diesel : 0,00237

– benzine : 0,00216

 

Afstand :

– 5.000 km :   woon-werkafstand tot 25 km

– 7.500 km :   woon-werkafstand vanaf 25 km

 

 

 

 

 

 

Formule :

– cataloguswaarde x   Co2-uitstoot % x 6/7

– cataloguswaarde   verminderen met 6% per jaar   met een   maximum van 30%

 

Co2-uitstoot %:

  •   diesel     :

-> 5,5% : + 0,1% per Co2 hoger dan 95 gr

-> 5,5% : -0,1% per Co2   lager dan 95 gr

  •   benzine   :

-> 5,5% : +0,1% per Co2   hoger dan 115 gr

-> 5,5% : -0,1% per Co2   lager dan 115 gr

Minimum % = 4 %

Maximum % = 18 %

 

Voordeel steeds minimum   1.200  €

 

Voorbeeld :

Men heeft een wagen die een waarde heeft inclusief BTW en opties en zonder de verkregen kortingen van 50.000 €. Het betreft een diesel met een Co2-uitstoot van 150 gr/km en de afstand van de woning tot het werk is 15 kilometer.

Belastbaar voordeel in 2011 :
-> 5.000 km x 150 Co2 x 0,00237 = 1.777,50

Belastbaar voordeel in 2012 :
-> 50.000 € x (5,5% +(150-95) x 0,1%)) x 6/7 of 50.000 € x 11% x 6/7 = 4.714,29

Stel deze wagen is 2 jaar oud :

-> (50.000 € x 88 %) x (5,5% +(150-95) x 0,1%) x 6/7 of 50.000 x 88% x 11% x 6/7 = 4.148,57

 

Cataloguswaarde

Bij nieuwe wagens is de cataloguswaarde gekend. Maar het probleem is dat bij tweedehands aangekochte voertuigen, waarbij men niet beschikt over de originele aankoopfactuur, de cataloguswaarde niet gekend is. De administratie is een samenwerking opgestart met Federauto. Deze laatste heeft een tool ontwikkeld die gekoppeld is aan een databank waarin alle historische cataloguswaarden van voertuigen zijn opgenomen en waarbij men automatisch het voordeel kan berekenen van al de wagens. Het publiek heeft geen rechtstreeks toegang tot deze tool, maar onrechtstreeks wel, via het contactcenter van de FOD Financiën op het nummer 0257/257.57. Om lange wachttijden te vermijden vraagt het contactcenter om een formulier in te vullen en per mail te versturen. Dit kan via de link : http://annu.belbone.be/towv3/index.php4?lang=nl&type_doc=data3.

Men mag per jaar de cataloguswaarde met 6% verminderen, met een maximum van 30%.  Deze termijn begint te lopen vanaf de datum van de eerste inschrijving van het voertuig.  Een begonnen maand telt voor een volledige maand. Dus voor een wagen ingeschreven op 9 april zal de berekening altijd gebeuren vanaf 1 april. Dit wil dus ook zeggen dat voor wagens die niet in januari worden aangekocht men ieder jaar twee berekeningen moet maken. Bv bij een wagen gekocht op 9 april 2011 moet men in 2012 een berekening maken van de eerste 3 maanden waarbij men 100 % van de cataloguswaarde moet nemen en een tweede berekening waarbij men 9 maanden aan 94 % van de cataloguswaarde mag nemen.

Kortingen en opties

Kortingen moeten in principe terug toegevoegd worden voor de berekening van de cataloguswaarde.

Maar wanneer er tijdelijke prijsverlagingen worden gegeven door de constructeurs en deze ook daadwerkelijk worden opgenomen als catalogusprijs, dan moet men deze kortingen niet bijtellen. Hetzelfde principe geldt, en onder dezelfde voorwaarden :

  • wanneer ter gelegenheid van promotionele acties optiepaketten worden aangeboden aan een lagere prijs dan die van de individuele opties;
  • wanneer ingevolge een promotionele actie een voertuig wordt voorzien van een optiepakket, en dat voertuig samen met dat optiepakket aan dezelfde catalogusprijs als voorheen wordt aangeboden.

Wanneer niet voldaan is aan de voormelde voorwaarden, moet het klantenvoordeel wel als een gewone korting worden aangemerkt, en bijgevolg dus toegevoegd worden aan de catalogusprijs.

Eigen bijdrage

Het voordeel van alle aard mag verminderd worden met de persoonlijke bijdragen die men heeft betaald. Maar dit wordt door de fiscus nogal strikt geïnterpreteerd. Volgende terugbetalingen worden door de fiscus niet als eigen bijdragen beschouwd :

  • betaling van eigen set winterbanden;
  • kosten wasbeurt betalen;
  • zelf de brandstofkosten betalen;
  • zelf de verzekering betalen;
  • zelf de plaatsing van een trekhaak of fietsendrager betalen.

Zelf betaalde opties mogen worden afgetrokken van het voordeel, als deze opties de waarde van de wagen verhogen.

Als men een wagen met brandstofkaart ter beschikking  geeft aan een werknemer en de werkgever vraagt een bijdrage in het brandstofverbruik, dan mag men dit in mindering brengen van het voordeel. Maar als men een wagen ter beschikking krijgt zonder tankkaart, dan mag men de zelf betaalde brandstofkosten niet in mindering brengen van het voordeel.

Indien een werknemer een bedrijfswagen ter beschikking krijgt en een eigen bijdrage moet betalen van zodra een bepaald aantal kilometers overschreden wordt, zijn deze eigen bijdragen aftrekbaar.